Veerkracht troef: Belgische kmo’s groeien verder ondanks beperkte buffers

Samenvatting

Uit de eerste KMOnitor van Teamleader, gebaseerd op data van 8.000 Belgische kmo’s, blijkt dat de helft van de ondernemingen minder dan drie maanden cashbuffer heeft. Eén op vier kan kortlopende schulden niet met eigen middelen betalen, en bijna een kwart draait verlies. Vooral de horeca en Brusselse kmo’s blijven kwetsbaar, terwijl kennisintensieve en grotere bedrijven beter presteren. Slechts 45% van de kmo’s groeit nog met eigen middelen — schuldgedreven groei wordt dus de norm. Toch blijven ondernemers investeren: 11% werft aan ondanks verlies, en kleine teams blijken het meest productief.

Teamleaders KMOnitor toont hoe Belgische kmo’s blijven investeren en groeien ondanks financiële druk.

Belgische kmo’s blijven veerkrachtig, maar werken op smalle marges en met beperkte buffers. Dat blijkt uit de eerste editie van de KMOnitor, een nieuw rapport van Teamleader op basis van de jaarrekeningdata via Bizzy van meer dan 8.000 Belgische kmo’s tussen 2022 en 2024. De cijfers tonen dat de helft van de ondernemingen minder dan drie maanden cashbuffer heeft, dat schuldgedreven groei de norm is geworden en dat vooral de horeca en Brusselse kmo’s structureel kwetsbaar blijven.

“De cijfers tonen dat ondernemen in België vandaag topsport is. Ondernemers houden vol ondanks hogere kosten en onzekerheid. Door inzicht te geven in hun cijfers willen we hen de instrumenten geven om sterker en gezonder te groeien.”

Jeroen De Wit, CEO van Teamleader

Belangrijkste bevindingen uit de KMOnitor 2025

1 – Cash blijft de zwakke plek

Cash blijft een kwetsbaar punt voor Belgische kmo’s. In 2024 kon één op vier ondernemingen (26,1%) zijn kortlopende schulden niet met eigen middelen betalen, iets beter dan 27,6% twee jaar eerder. Daarnaast beschikt 43,6% van de bedrijven over minder dan drie maanden cashbuffer, tegenover 36,2% in 2022. Met andere woorden: bijna de helft van de kmo’s heeft weinig ruimte om een tijdelijke omzetdaling of laattijdige betaling op te vangen.

Vooral zelfstandigen (35%) en micro-ondernemingen (28%) blijven kwetsbaar, terwijl grotere bedrijven dankzij hun schaal gemiddeld stabielere buffers behouden.

Er zijn ook duidelijke regionale verschillen: in Henegouwen loopt bijna drie op tien bedrijven een liquiditeitsrisico, tegenover slechts één op vijf in Vlaams-Brabant.

2 – Winstgevendheid staat onder druk

Gemiddeld draaide 23,44% van de Belgische kmo’s in 2024 verlies. De horeca blijft de zwaarst getroffen sector, met 37% verlieslatende bedrijven, wat de structurele kwetsbaarheid van die sector onderstreept. Kennisintensieve ondernemingen doen het beter: het aandeel verlieslatende bedrijven daalde daar van 15,3% naar 13,5%. Terwijl zelfstandigen het nog steeds het moeilijkst hebben (28% verlieslatend), verbeteren kleine kmo’s (11–50 werknemers) hun resultaten: hun mediane winst steeg met 24,6%. Dat bewijst dat schaal kan lonen wanneer efficiëntie behouden blijft. Regionaal blijft de kloof duidelijk: West- en Oost-Vlaanderen tellen de minste verlieslatende bedrijven (rond 21%), met Antwerpen dicht in de buurt (21,7%), terwijl Waals-Brabant (31,7%) en Brussel (28%) het slechtst scoren.

3 – Meer bedrijven groeien op krediet

De Belgische kmo groeit, maar steeds vaker met schulden. In 2022 kon nog 56% van de ondernemingen uitbreiden met eigen middelen, in 2024 is dat gedaald tot 45%. Met andere woorden: een meerderheid van de bedrijven is nu afhankelijk van banken of externe financiering om te investeren. Dat vergroot de gevoeligheid voor rentestijgingen of vertraagde betalingen. Vooral de horeca en de bouwsector leunen sterk op krediet, terwijl kennisintensieve bedrijven hun groei vaker uit winst kunnen betalen.

4 – Aanwerven ondanks verlies

11% van de Belgische kmo’s werft personeel aan terwijl ze verlies draaien. Dat betekent dat meer dan één op tien ondernemers bewust kiest om te investeren in groei of personeel, ook als de cijfers tijdelijk negatief zijn. Bij kleine kmo’s stijgt dat aandeel tot 14%, bij grote ondernemingen daalde het van 26% naar 22%. In de horeca is het fenomeen het meest uitgesproken: één op drie bedrijven (34%) blijft aanwerven ondanks verlies.

5 – Kleine bedrijven blinken uit in productiviteit

Kleine teams leveren verhoudingsgewijs de meeste output per werknemer. Micro-ondernemingen (2–10 werknemers) realiseren gemiddeld €50.254 EBITDA per werknemer, tegenover €15.287 bij middelgrote ondernemingen (51–250 werknemers). De handelssector presteert opvallend sterk, met een productiviteitsgroei van 17% op twee jaar tijd, terwijl de horeca ondanks een lichte verbetering (€3.476 → €5.758 per FTE) structureel achterblijft. Regionaal leiden Vlaams-Brabant (€320.000 omzet per FTE) en West-Vlaanderen (€287.000) de lijst. Brussel blijft met €140.000 duidelijk achter.

Over de KMOnitor

De KMOnitor 2025 is een initiatief van Teamleader, in samenwerking met Bizzy. Het rapport analyseerde meer dan 8.000 Belgische kmo’s over de periode 2022–2024, opgedeeld naar grootte, sector en regio.

Schrijf je in op de wekelijkse HR-nieuwsbrief

Ook interessant

LEES MEER

Schrijf je in op de #ZigZagHR-Nieuwsbrief

  • Iedere dinsdagochtend om 8u00 in jouw mailbox
  • Ideeën, inspiratie, best & next practices over (de toekomst van) HR
  • Waarmee jij aan de slag kan in jouw organisatie of HR team