Team Belgium bracht 3 gouden, 1 zilveren en 3 bronzen medailles mee uit Tokyo. Dat is onze beste prestatie ooit en niet slecht ‘voor een klein landje’. Maar volgens Veerle De Bosscher, professor Sportbeleid bij de Vrije Universiteit Brussel, mag ons land gerust meer ambitie tonen. België behaalde de 29ste plaats op de Olympische Spelen. Nederland, niet zoveel groter dan ons land, eindigde op de 7de plaats.
Hoe komt dat?
#ZigZagHR collega Katty De Loof ging op onderzoek. Een VUB-onderzoeksgroep heeft 9 pijlers geïdentificeerd die zorgen voor een succesvol sportbeleid. Daaruit kunnen we afleiden dat we er met goede intenties maar een versnipperd beleid niet komen.
#ZigZagHR bouwt natuurlijk meteen een bruggetje naar het bedrijfsleven en naar het thema van de maand september bij #ZigZagHR: talentontwikkeling en (levenslang) leren.
Niet enkel hard werken maar ook slim werken
Na de Olympische Spelen stellen we altijd vast dat België heel vaak ‘net niet top’ scoort. We blinken uit in ‘de vierde plaats’. Ook in Tokyo strandden we zeven keer op een vierde plaats, onder andere Emma Plasschaert, Noor Vidts, Kenny De Ketele & Robbe Ghys. Nochtans heeft ons land enorme investeringen gedaan de voorbije jaren en hebben honderden atleten, trainers en sportfederaties zich keihard ingezet. Elke 4 jaar moeten we vaststellen dat we de kloof met vergelijkbare landen met eenzelfde aantal inwoners en welvaart niet gedicht hebben.
Hard werken staat dus niet synoniem voor succes.
Sportexpert Veerle De Bosscher heeft met de VUB -onderzoeksgroep SPLISS ( Sports Policy factors Leading to International Sporting Success) onderzoek (*) verricht naar de belangrijkste pijlers van een succesvol sportbeleid.
Topsportsucces wordt voor 50% verklaard door de populatie, de rijkdom van een land en de prestige cultuur. De andere 50% is compleet maakbaar.
9 pijlers voor een succesvol sport- én talentbeleid
Op basis van een grootschalig onderzoek komen zij uit op 9 pijlers voor een goed topsportbeleid.
- Financiële ondersteuning
- Organisatie en structuur van topsportbeleid
- Brede sportbeoefening voor iedereen
- Talentidentificatie en -ontwikkelingssysteem
- Atletische carrière én na-carrière
- (top)infrastructuur en faciliteiten
- Toptrainers : kadervorming en ondersteuning
- Nationale en internationale competities
- Wetenschappelijk onderzoek, innovatie & technologie.
Als we deze pijlers vertalen naar wat er nodig is om van talent management een succes te maken en de rol die learning & development hierin speelt, dan zien we heel wat parallellen:
- Een visie rond talent management en dedicated team,
- resources,
- de inbedding van talent management en learning & development,
- het inzetten op het herkennen, ontwikkelen en erkennen van talenten,
- doorgroei- en carrièremogelijkheden,
- een leerbeleid
- de nood aan opvolging van (intern)nationale benchmarks,
- innovatie, R&D en technologie.
Het onderzoek rond sportbeleid toont aan dat je altijd op zoveel mogelijk pijlers tegelijkertijd moet inzetten. Geen enkel land heeft een succesvol sportbeleid door slechts op een aantal pijlers in te zetten.
Bewust kiezen voor een en-en filosofie
Ook in organisaties raken we soms ontmoedigd omdat we het harde werk in één domein niet vertaald zien in algemeen rendement. Daarom hanteren we ook in het bedrijfsleven best de ‘en– en’ filosofie als we een succesvol talentbeleid willen uitbouwen. Excelleren op één domein zal niet volstaan.
Het parallel inzetten op verschillende pijlers tegelijkertijd, dat is dé sleutel tot succes.
Hoe doe je dat dan?
1) Er is géén blauwdruk
De onderzoekers wijzen er op dat er geen algemene blauwdruk is voor een succesvol beleid. Afhankelijk van de context, het land en de prestaties van de andere landen is een andere uitwerking van deze 9 pijlers nodig. Ook als organisatie weten we ondertussen dat copy paste niet werkt.
2) Je bent niet alleen
Succes in de topsport wordt ook mee bepaald door wat andere landen doen. Als jij als organisatie inzet op zoveel mogelijk pijlers, dan weet je dat er ook concullega’s zijn die dit doen. Jouw succes hangt ook deels van hun prestaties af.
3) Slim en efficiënt investeren
Heel wat landen investeren aanzienlijk meer in topsport. Om de medaillekansen gelijk te houden moet er dus meer geïnvesteerd worden. Ook hier kunnen we een parallel met het bedrijfsleven trekken. Slim en efficiënt investeren is de boodschap.
(*) Internationaal vergelijkend onderzoek van de VUB-onderzoeksgroep SPLISS (Sports Policy factors Leading to International Sporting Success, www.spliss.net) toont aan dat topsportsucces maakbaar is. SPLISS onderzocht de kenmerken van een succesvol topsportbeleid in 15 landen, in de negen pijlers en 96 kritieke succesfactoren. Aan deze studie werkten 58 onderzoekers, 33 beleidsmakers, meer dan 3.000 topsporters, 1.300 topcoaches en 240 high performance directors mee.
Je kan hier de talk van Veerle De Bosscher bekijken