Vlaanderen mist regiekamer voor opleidingslandschap

Steeds meer ondernemingen ondervinden in meer of mindere mate de gevolgen van de structurele arbeidsmarktkrapte en de kwalitatieve mismatches tussen vraag en aanbod. Al naargelang de aard en de urgentie van de het probleem, nemen ze zelf het heft in handen. Ze ontpoppen zich tot ware leerorganisaties, met een indrukwekkende opleidingsdrive. Ze richten eigen academies op, ontwikkelen intern opleidingsmateriaal, zetten peer-to-peer mentoring op en voorzien opleidingsbudgetten voor een groeiend aantal doelgroepen: van starters over doorgroeiers tot heroriënteerders. Wat opvalt? Ze doen dit vaak alleen…

Wat op het eerste gezicht een positieve evolutie lijkt – ondernemingen die zelf verantwoordelijkheid nemen voor het versterken van vaardigheden – dreigt als we niet opletten in de praktijk een geval van ‘verspilde energie’ te worden. Als elke onderneming op haar eentje opleidingen uitwerkt, instructeurs aanstelt, infrastructuur optrekt en leerinhoud ontwikkelt, gaat er ontzettend veel potentieel verloren. We riskeren parallelle circuits op te zetten die niet op elkaar inspelen, laat staan samenwerken. Het feit dat er tot op vandaag geen zicht is op de omvang en diversiteit aan private opleidingsverstrekkers is tekenend.

De Voka Paper ‘Leren om te groeien’ stelt dat Vlaanderen een regiekamer mist voor het opleidingslandschap. Opleidingen worden nu te vaak bekeken als een individuele investering, terwijl ze ook een maatschappelijk en economisch rendement zouden kunnen opleveren. De overheid organiseert ook zelf opleidingen, naast die van ondernemingen en andere private actoren. Maar is het dan niet logischer om de krachten te bundelen? Een publiek-private samenwerking zou heel wat meer impact kunnen genereren dan ieder op zijn eiland.

Van bedrijfsschool naar ecosysteem

Dit is geen pleidooi tegen bedrijfsacademies, wel tegen de isolatie ervan. Bedrijven als Unilin of TotalEnergies tonen wat er mogelijk is als je inzet op strategisch leren. Stel je voor dat zulke (leer)infrastructuur ook ingezet kan worden door sectorgenoten, scholen of andere bedrijven met gelijkaardige noden. Of dat modules ontwikkeld door de ene organisatie openstaan voor anderen, eventueel verrijkt met expertise van VDAB of hoger onderwijs.

Call to action – HR als katalysator

HR-professionals staan op de eerste rij om dit vraagstuk te agenderen. Ze zien waar het schoentje wringt: het werkbare werk, de toenemende complexiteit van functies, en de frustratie dat geschikte opleidingstrajecten vaak ontbreken of te laat komen. Misschien is het tijd dat HR niet alleen naar binnen kijkt, maar ook naar buiten: wie in onze regio of sector werkt aan dezelfde thema’s? Hoe kunnen we samen meer bereiken – niet ondánks maar dankzij elkaars inspanningen? Uiteraard vraagt dit een faciliterend kader dat uitnodigt tot samenwerking en dus een sterke opleidingsregisseur.

Deze gastbijdrage werd geschreven door Sonja Teughels

Sonja Teughels is een arbeidssociologe en bedrijfseconome, verbonden aan Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen. Ze was tot voor kort bestuurder bij VDAB is thans nog bestuurder bij Xerius. Binnen Voka heeft ze een expertise opgebouwd in arbeidsmarktbeleid en volgt als teamlead Talent de domeinen arbeid, zorg en onderwijs mee op.

Sonja mid shot los

Lees hier de Voka Paper ‘Leren om te groeien’

Schrijf je in op de wekelijkse HR-nieuwsbrief

Ook interessant

LEES MEER

Schrijf je in op de #ZigZagHR-Nieuwsbrief

  • Iedere dinsdagochtend om 8u00 in jouw mailbox
  • Ideeën, inspiratie, best & next practices over (de toekomst van) HR
  • Waarmee jij aan de slag kan in jouw organisatie of HR team