Opinie: ‘Keep the curve flat’ wordt moeilijker dan ‘flatten the curve’

Experten houden hun hart vast voor wat komen zal nu we opnieuw meer vrijheden krijgen. Karine Eerdekens, directeur Risicobeheersing bij Mensura (externe dienst voor preventie en bescherming op het werk), uit haar bezorgdheden. “Want binnen blijven”, zo waarschuwt ze, “is een koud kunstje in vergelijking met buitenkomen en het volgen van veel meer regels. Preventief communiceren is complexer en véél lastiger dan crisiscommunicatie”.

De stortvloed aan communicatie dreigt de sympathie voor het volhouden van de regels te ondermijnen en dat is niet zo verbazingwekkend. Risicoperceptie – de manier waarop burgers een risico inschatten – zal cruciaal zijn om de exit-strategie te doen slagen.

Bij risicoperceptie spelen 3 parameters een belangrijke rol:

  1. Oorzaak-gevolg relatie: hoe minder zichtbaar de relatie tussen oorzaak en gevolg van een gevaar is, hoe lager de risicoperceptie zal zijn tegenover het reële risico. Als je je vinger in een zaagmachine steekt, ben je hem kwijt. Als je met je handen in contact komt met een door covid-19 besmet oppervlak en je wast ze niet, dan kan je enkele dagen later ziek worden. Maar je hebt het virus niet gezien en kunt dus de link tussen de oorzaak en het gevolg niet leggen. Je risicoperceptie zal laag zijn.
  2. Gewenning aan het risico: Hoe meer je met een bepaald risico geconfronteerd wordt, hoe meer je eraan went. Na een periode van gewenning zien we nu ook de perceptie van het besmettingsgevaar zienderogen afnemen.
  3. Het vermogen om een risico te kunnen inschatten: jongeren schatten risico’s vaak lager in dan ze in realiteit zijn. Ze zullen makkelijker dingen doen die op korte termijn tot een beloning leiden dan op lange termijn. De 18- tot 35-jarigen hebben een lage risicoperceptie tegenover covid-19. Hun brein is ook ‘verslaafd’ aan beloning op korte termijn.

Om de crisis de baas te kunnen en om recepten te vinden die stand houden op de lange termijn moet het expertenteam van virologen en epidemiologen dringend aangevuld worden met gedrags- en preventiedeskundigen. Zonder de juiste preventietechnieken en aangepaste communicatie zal ‘keep the curve flat’ een stuk uitdagender zijn dan ‘flatten the curve’.

Karine Eerdekens:

Het valt mij telkens opnieuw op in deze crisisperiode: er gebeuren tal van studies vanuit verschillende invalshoeken. En telkens kleurt de bril waarmee men kijkt naar de conclusies van het onderzoek. Dat is normaal. Daarom zijn er ook zo veel disciplines.

De vraag is: worden al deze verschillende inzichten samen gelegd om tot een vollediger beeld te komen en dus ook een betere aanpak van de crisis? Want na de crisiscommunicatie, wordt het tijd voor de preventieve communicatie. Véél lastiger en complexer, maar zo noodzakelijk als we willen slagen.

Een voorbeeld om dit duidelijk te maken: het onderzoek van de UGent over de impact van de overheidscommunicatie op de motivatie van de burgers om de maatregelen te blijven volhouden. Er zijn duidelijke knikken te zien in de dagen na de communicatie. Dat het verband er is, staat ook voor mij buiten kijf. Maar dezelfde grafiek kan ook tot andere conclusies leiden als je die door de de bril van een preventieadviseur bekijkt.

In de wereld van veiligheid en gezondheid werken wij met de begrippen gevaar, risico en risicoperceptie:

Een gevaar is een intrinsieke eigenschap van iets. Een leeuw heeft scherpe tanden en kan dus stevig bijten. Een gevaar dus. Is deze zelfde leeuw een risico? Dat hangt af van de omstandigheden. Zet je deze leeuw in een kooi en blijf je uit de kooi dan is het risico tot nul herleid. De leeuw heeft nog steeds zijn tanden maar de waarschijnlijkheid dat hij je kan bijten is nul. Hoe groot of klein een risico is, wordt bepaald door de waarschijnlijkheid dat het feit zich realiseert, de ernst van het letsel en de blootstelling eraan.

Wat is nu risicoperceptie? Dat is de inschatting van een persoon van het risico. Bij risicoperceptie spelen onder meer drie parameters een belangrijke rol: de relatie oorzaak-gevolg, gewenning aan het risico en het vermogen om een risico te kunnen inschatten:

  • Oorzaak-gevolgrelatie: hoe minder zichtbaar de relatie tussen oorzaak en gevolg van een gevaar is, hoe lager de risicoperceptie zal zijn tegenover het reële risico. Een prikkelend chemisch product dat lichte irritatie veroorzaakt wordt sneller gezien als een gevaarlijk product dan een geurloos, zeer kankerverwekkend product. Een groot deel van de bevolking is in zijn onmiddellijke omgeving nog steeds niet zo veel geconfronteerd met zwaar zieke covid-19-patiënten of -doden. Het zou interessant zijn om dezelfde curve te zien voor de bevolking van het zwaar getroffen Alken. Hoogstwaarschijnlijk ligt de motivatie daar hoger. De gevolgen zijn voor de meeste inwoners van Alken zeer zichtbaar en dus kan je verwachten dat hun risicoperceptie hoger ligt. Een virus is bovendien onzichtbaar. En de gevolgen zijn ook niet onmiddellijk zichtbaar. Als je je vinger in een zaagmachine steekt, ben je hem kwijt. Duidelijk. Als je met je handen in contact komt met een door covid-19 besmet oppervlak en je wast ze niet, dan kan je enkele dagen later ziek worden. Maar je hebt het virus niet gezien en kunt dus de link tussen de oorzaak en het gevolg niet leggen. Je risicoperceptie zal laag zijn.
  • Gewenning aan het risico. Hoe meer je met een bepaald risico geconfronteerd wordt, hoe meer je eraan went. En hoe lager de risicoperceptie zal zijn. Een mooi voorbeeld hiervan is de risicoperceptie rond verkeersongevallen. In 2018 gebeurden er in totaal 38.455 verkeersongevallen. Best veel. En toch verplaatsen wij ons elke dag met de auto. Als we elke dag met de daver op het lijf in de auto stappen, zouden we bezwijken onder de stress. Gewenning doet wat met een mens. Met covid-19 heerste in eerste instantie de angst. Na een periode van gewenning zien we nu ook de perceptie van het besmettingsgevaar zienderogen afnemen.
  • Het vermogen om een risico te kunnen inschatten. Hier speelt onder andere leeftijd en ervaring een belangrijke rol. Een menselijk brein ontwikkelt zich tot ongeveer de leeftijd van 25 jaar. Risico inschatten is iets wat we leren vanaf onze peutertijd. Desondanks is de ‘databank’ van jongeren rond oorzaken en gevolgen nog klein. Dat maakt dat jongeren risico’s vaak lager inschatten dan ze in realiteit zijn. Bovendien is het striatum, het beloningsgebied in de hersenen, bij hen nog zeer gevoelig. Ze zullen makkelijker dingen doen die op korte termijn tot een beloning leiden dan op lange termijn. De 18- tot 35-jarigen hebben een lage risicoperceptie tegenover covid-19. Ze beseffen waarschijnlijk nog niet wat het resultaat van een gewone griep is omdat dit nog niet speelt in hun leefwereld. Hun brein is ook ‘verslaafd’ aan beloning op korte termijn. Helpen om de geliefde grootouders te beschermen is een actie waarvoor de beloning ver in de tijd ligt.

Is de conclusie van UGent over de relatie tussen de communicatie van de overheid en de motivatie van de burgers om de maatregelen toe te passen fout? Uiteraard niet. Een goede communicatie zal een positief effect hebben op de motivatie.

Maar de gestage daling van de curve duidt op een veel belangrijker uitdaging die er nu aankomt. Bovenstaande inzichten uit de preventiewereld kunnen helpen om wegen te zoeken om de motivatie op peil te houden. Door na te denken over fenomenen zoals gewenning, oorzaak-gevolg en het vermogen om een risico te kunnen inschatten kan de inhoud van de sensibiliseringscampagnes aangepast worden aan de doelgroep en aan verschijnselen die optreden na verloop van tijd.

Om de crisis de baas te kunnen en om recepten te vinden die stand houden op de lange termijn moet het expertenteam van virologen en epidemiologen dringend aangevuld worden met gedrags- en preventiedeskundigen. Zonder de juiste preventietechnieken en aangepaste communicatie zal ‘keep the curve flat’ een stuk uitdagender zijn dan ‘flatten the curve’.

Karine Eerdekens, directeur Risicobeheersing bij Mensura, externe dienst voor welzijn en bescherming op het werk

Schrijf je in op de wekelijkse HR-nieuwsbrief

Ook interessant

LEES MEER