De mythe van de ijsberg

Als we de instroompercentages in werk van huisvrouwen- en mannen een stukje zouden kunnen verhogen naar 10% en van arbeidsongeschikten naar 15% (i.p.v. nu rond respectievelijk 5% en 10%) en de uitstroom uit werk kunnen beperken dan kunnen we de werkzaamheidsgraad potentieel verhogen tot 81%. Dat zegt Sarah Vansteenkiste, directeur van het Steunpunt Werk. Ze onderzocht de arbeidsmarkttransities van de Vlaamse bevolking op arbeidsleeftijd met een focus op arbeidsreserve en arbeidsongeschikten en ze introduceert een alternatieve werkzaamheidsgraad, één die rekening houdt met de daadwerkelijke instroom naar werk vanuit alle groepen van niet-beroepsactieven. Deze nieuwe indicator – de potentiële werkzaamheidsgraad met behulp van werkinstroom – geeft aan waar de werkzaamheidsgraad zou uitkomen als deelgroepen van de arbeidsreserve sterker aan de slag zouden gaan.

Het doel van de Vlaamse Regering is gekend, duidelijk en ambitieus: tegen 2030 willen we dat minstens 80% van de Vlaamse bevolking op arbeidsleeftijd (20 tot 64 jaar) aan het werk is. Maar de gekende vijvers zijn zo goed als leeggevist. Vandaag zijn er net geen 77 op de 100 mensen aan het werk. Willen we die werkzaamheidsgraad effectief behalen, dan komt het erop aan om de arbeidsreserve aan te spreken, zodat mensen vanuit een werkloze of niet-beroepsactieve positie kunnen instromen in werk. De werklozen vormen slechts een beperkt deel van die arbeidsreserve. Het grootste potentieel zit bij de niet-beroepsactieven. “Maar”, nuanceert Sarah Vansteenkiste, “niet alle niet-beroepsactieven kunnen zomaar aan het werk.”

De mythe van de ijsberg

De metafoor van de ijsberg die professor Stijn Baert (UGent) gebruikt, waarin de werklozen voorgesteld worden als het topje van de ijsberg om aan het werk te krijgen met een veel groter potentieel van niet-beroepsactieven onder het wateroppervlak is aantrekkelijk, maar gaat volgens Sarah Vansteenkiste voorbij aan de aanzienlijke variatie binnen deze groep.

20240131 WVV SarahVansteenkiste 004 min

“Dat ruim 1,6 miljoen niet-beroepsactieve Belgen tussen 20 en 64 jaar onwillend zouden zijn om te gaan werken, is wat te kort door de bocht. We doen er uiteraard goed aan om breder te kijken naar de arbeidsreserve, op voorwaarde dat we dit met voldoende realiteitszin doen. Zoekende of beschikbare niet-beroepsactieven hebben een grotere kans op instroom naar werk dan de gemiddelde niet-beroepsactieve. Niet beroepsactieven die niet actief zoeken naar werk en ook niet onmiddellijk beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt – zoals langdurig arbeidsongeschikten, huisvrouwen, studenten en gepensioneerden – blijven vaak langer in niet-beroepsactiviteit. Het is begrijpelijk dat we kijken naar alle bevolkingsgroepen die op arbeidsleeftijd zijn. Maar het heeft meer kans op slagen als we dat doen vanuit een realistische, positieve en inclusieve benadering van werk.”

Sarah Vansteenkiste

Potentiële werven

Sarah Vansteenkiste deed de voorbije jaren onderzoek naar deze niet-beroepsactieven en op basis daarvan bracht ze in kaart wie – binnen deze groep – het makkelijkst toeleidbaar is naar werk. Van de 807.900 niet-beroepsactieven in Vlaanderen, zijn er zo’n 234.600 arbeidsongeschikt, 127.400 huisvrouw of -man, 178.200 student, 192.100 vervroegd gepensioneerd en 75.700 zoekend of beschikbaar voor werk. De waarheid is dat niet iedereen toeleidbaar is naar werk. De vraag stelt zich ook of dat moet.

“Binnen de groep van niet-beroepsactieven vinden we heel wat mensen die ontmoedigd zijn; ze zoeken niet meer naar een job maar ze zijn wel bereid om te werken als zij een aanbod krijgen. Doorstoom naar werk ligt bij dit profiel op 30%. Het potentieel is met andere woorden vrij groot. De problematieken waarmee zij te kampen hebben, zijn evenwel anders dan wat we zien bij werklozen en vragen dus ook een andere aanpak. Deze mensen zijn doorgaans ontmoedigd omdat ze bijvoorbeeld niet over de juiste vaardigheden beschikken of de Nederlandse taal niet machtig zijn. Dit is dus een belangrijke potentiële werf, maar je kan doorstroom naar werk van deze groep niet louter laten afhangen van hun eigen zoekgedrag of van de VDAB.”

slide mannetjes.pptx
Bron: Steunpunt Werk, dashboard arbeidsreserve op basis van Statbel (Algemene Directie Statistiek – Statistics Belgium) – EAK, trendniveau 3de kwartaal 2024

De werf van arbeidsongeschikten

“De grootste groep niet-beroepsactieven en bovendien de sterkst toenemende groep is die van arbeidsongeschikten. Slechts 10% stroomt door naar werk. Volgens cijfers van het RIZIV neemt langdurige arbeidsongeschiktheid (langer dan een jaar) toe: tussen 2017 en 2022 steeg het aantal Belgen dat vanwege burn-out of depressie arbeidsongeschikt werd verklaard met meer dan 43%. Hoe langer de periode van arbeidsongeschiktheid aanhoudt, hoe kleiner de kans op terugkeer naar de arbeidsmarkt.”

“Langdurige arbeidsongeschiktheid is problematisch voor alle betrokkenen: niet in het minst voor het individu – want langdurige uitval leidt doorgaans tot verlies van vaardigheden, sociale isolatie en een verhoogd risico op armoede. Vlaanderen heeft de afgelopen jaren dan ook ingezet op re-integratietrajecten, de Vlaamse Regering zet in op activering van langdurig arbeidsongeschikten door hen te verplichten zich in te schrijven bij VDAB, mits de arts oordeelt dat (gedeeltelijke) terugkeer naar werk mogelijk is. Uiteraard moet de individuele situatie van elke arbeidsongeschikte bekeken worden, met alle respect voor het ziektebeeld. Niet iedereen kan terugkeren naar werk, maar we hebben dit thema te lang niet behandeld met alle gevolgen van dien.”

Vrouwen vaker arbeidsongeschikt

De toename van arbeidsongeschiktheid wordt deels veroorzaakt door de verhoging van de pensioenleeftijd en de vergrijzing van de bevolking op arbeidsleeftijd, wat samengaat met een gemiddeld grotere kans op gezondheidsproblemen. Daarnaast stellen we vast dat vrouwen oververtegenwoordigd zijn. Ook kortgeschoolden, 55-plussers en personen geboren buiten de EU-27 zijn oververtegenwoordigd ten opzichte van hun aandeel in de totale bevolking op arbeidsleeftijd. “Vrouwen belanden meer in arbeidsongeschiktheid en blijven er ook langer in”, vertelt Sarah Vansteenkiste. “Mogelijke verklaringen ziet ze in het feit dat vrouwen doorgaans nog altijd meer zorgtaken op zich nemen en daardoor ook buiten het werk zwaarder belast worden. Dat blijkt uit tal van tijdsbestedingsonderzoeken. Ook de (peri)menopauze kan hier een rol spelen. Hier moeten we ons de vraag stellen of aangepast werk of aanpassingen in werkomgeving ook geen deel van de oplossing kunnen zijn.”

Complexiteit van drempels

“Werkgevers – en zeker KMO’s – worstelen met re-integratie na langdurige ziekte. Hoewel connectie tussen werkgever en werknemer cruciaal is voor het opbouwen van wederzijds vertrouwen en het snel starten van de dialoog over re-integratie, laten werkgevers onbedoeld en onbewust los. In het Federaal regeerakkoord is een gedifferentieerde aanpak voorzien al naargelang de grootte van de organisatie.”

20240131 WVV SarahVansteenkiste 031 min

“Ook het aantrekken van niet-beroepsactieven is doorgaans een mix van meerdere problematieken. Dat vraagt diversificatie maar vooral een beleidsoverstijgende aanpak, want heel wat drempels situeren zich op het snijvlak van meerdere beleidsdomeinen.”

Sarah Vansteenkiste

Brugfiguren

“In samenwerking met Idea Consult hebben we in kaart gebracht welke drempels overwonnen werden door werkgevers die succesvol aan de slag zijn gegaan met niet-beroepsactieven. Een goede praktijk is bijvoorbeeld die van brugfiguren: zij nemen ervaringen van niet-werkenden mee en zoeken naar een meer fijnmazige verbinding tussen hun belangen en die van werkgevers, die op zoek zijn naar talent. Om instroom naar werk te verhogen is het belangrijk om toegangsdrempels tot werk te verlagen, maar ook door in gesprek te gaan met niet-beroepsactieven zodat je weet wat zij nodig hebben om duurzaam aan het werk te blijven. Tegelijk toonde ons onderzoek dat ook werkgevers nog verschillende drempels ervaren op vlak van het verkrijgen van de nodige ondersteuning en begeleiding. ”

Meer realistische inschatting van impact activering

“Bij het Steunpunt Werk berekenen we al enkele jaren de klassieke potentiële werkzaamheidsgraad, die aangeeft hoe de werkzaamheidsgraad kan worden verhoogd door de ‘makkelijkste’ deelgroepen van de arbeidsreserve aan de slag te krijgen bovenop de werkende populatie. Hier gingen we er nog van uit dat volledige groepen, zoals werklozen of zoekenden niet-beroepsactieven, aan de slag zouden gaan. Met de beschikbare transitiedata kunnen we nu de potentiële werkzaamheidsgraad een stukje realistischer inschatten en doelstellingen van het beleid integreren. We maakten nu de oefening om de instroompercentage in werk van arbeidsongeschikten en huisvrouwen en -mannen wat hoger te leggen dan hoe deze groepen nu instromen in werk. We hogen die op naar respectievelijk 15% en 10%. In onze oefening houden we de instroom in werk van de andere groepen, zoals de werklozen, op hetzelfde niveau als ze nu behalen (bij werklozen bv. 37,1%) en beperken we de uitstroom uit werk. Op deze manier krijgen we een meer realistische inschatting van de impact van activering van bepaalde groepen niet-werkenden op de werkzaamheidsgraad. Onder dit scenario wordt de potentiële werkzaamheidsgraad m.b.v. werkinstroom 81%, wat boven de Vlaamse doelstelling van 80% ligt. Dat is 4,2 ppt hoger dan de huidige werkzaamheidsgraad van 76,8%. Deze werkzaamheidsgraad toont aan dat er mogelijkheden zijn bij zowel werklozen als niet-beroepsactieven om de Vlaamse doelstelling van 80% te behalen, mits ook de uitstroom uit werk ingeperkt kan worden.”

Onontgonnen terrein

Tot slot dringt het vraagstuk van arbeidsproductiviteit en arbeidsorganisatie zich verder op. Want een werkzaamheidsgraad van 80% of meer is geen voldoende voorwaarde om de vele uitdagingen op onze Vlaamse arbeidsmarkt het hoofd te bieden. Voorlopig krijgt organisatiedesign nog niet zoveel aandacht binnen HR. Maar daar komt de komende jaren ongetwijfeld wel verandering in…

+++

Meer lezen

Over Steunpunt Werk

Steunpunt Werk is een draaischijf voor het verspreiden van arbeidsmarktinformatie en heeft een ruim aanbod aan cijfers, onderzoek, publicaties en interactieve dashboards waar je als HR professional mee aan de slag kan om jouw HR beleid mee vorm te geven.

>> meer info over Steunpunt Werk

>> Arbeidsreserve en potentiële werkzaamheidsgraad

>> Transities van de arbeidsreserve naar de arbeidsmarkt in Vlaanderen: kansen en uitdagingen voor een 80% werkzaamheidsgraad

>> Activering is niet louter draaien aan één knopje

>> Vlaams Arbeidsmarktcongres

>> Provinciale trendindicatoren

Schrijf je in op de wekelijkse HR-nieuwsbrief

Ook interessant

LEES MEER

Schrijf je in op de #ZigZagHR-Nieuwsbrief

  • Iedere dinsdagochtend om 8u00 in jouw mailbox
  • Ideeën, inspiratie, best & next practices over (de toekomst van) HR
  • Waarmee jij aan de slag kan in jouw organisatie of HR team