Cheque-mate? De clash rond de loopbaancheques

Elke week deelt #ZigZagHR NXT community manager Dagmar Van Gucht in Fun Fact Friday verrassende, boeiende of (not so) fun facts over de wereld van werk en HR. Hét debat van de week: snoeien of investeren in loopbaancheques? Maar ook over hoe de naderende loontransparantierichtlijn botst op Belgische loonschroom en waarom een stijgende werkloosheidsgraad eigenlijk ook goed nieuws is.

Demir snoeit in loopbaancheques: nodige besparing of te drastisch?

Wie deze week LinkedIn opende kon er niet naast kijken: Vlaams minister van Werk Zuhal Demir (N-VA) beperkt, met onmiddellijke ingang, het aantal loopbaancheques tot 1.000 per maand. Met deze cheques kunnen werknemers en zelfstandigen tegen een lage kostprijs loopbaanbegeleiding volgen. De maatregel komt er na een Deloitte-rapport dat onder andere zou stellen dat “bepaalde loopbaancentra hoge kosten aanrekenen”.

Dat riep heel wat felle reacties op bij loopbaancoaches, centra en federaties. Experts waarschuwen dat minder cheques de jobmobiliteit (nog verder) afremmen. België hinkt nu al achterop: werknemers blijven in ons land langer bij dezelfde werkgever dan in onze buurlanden. Bovendien is slechts 18% van de Vlamingen écht tevreden met hun job. Volgens professor arbeidseconomie Stijn Baert is dat een probleem: “Als mensen vastzitten in een job zonder motivatie, krijg je een mismatch: ze belanden niet waar ze de hoogste economische meerwaarde kunnen leveren.” De gouden kooi heeft zo ook een nadelige impact op onze arbeidsmarkt en productiviteit.

Maar loopbaancheques kosten de overheid wel flink wat geld: vier uur begeleiding komt neer op 681 euro. In tijden van besparingen is het niet onlogisch dat de effectiviteit en de werking van dit systeem onder de loep worden genomen. Moet de overheid deze subsidies blijven voorzien? En wat is dan de meest efficiënte manier?

Meta-analyses blijken alvast in het voordeel van de cheques te pleiten: maatregelen aan de werknemerskant blijken kosteneffectiever in het in beweging brengen van mensen dan aan de werkgeverskant. “Waar subsidies voor werkgevers vaak weinig effect hebben – ze nemen doorgaans dezelfde mensen aan, met of zonder subsidies – lijkt dat bij subsidies voor werknemers anders te liggen.” zo stelt Stijn Baert.

Het debat is alleszins geopend: moeten loopbaancheques blijven, en zo ja in welke vorm? Of zijn er andere, meer efficiënte manieren om jobmobiliteit te stimuleren?

Loontransparantie versus loonschroom

De loonkloof tussen mannen en vrouwen blijft een hardnekkig probleem in Europa. Vrouwen verdienen in de EU gemiddeld 13% minder dan hun mannelijke collega’s voor gelijkwaardig werk (België doet het daar ‘beter’ met gemiddeld 5%). Om daar verandering in te brengen, introduceert de Europese Unie de loontransparantierichtlijn. Een mijlpaal in de strijd voor gelijke verloning? Dat valt nog te bekijken, want in België blijkt de loonschroom zo groot dat mensen twijfelachtig staan tegenover een eventuele (positieve) impact.

Er is in ons land nog steeds een opvallende terughoudendheid om openlijk over lonen te spreken. Het onderwerp blijft een taboe. Dit blijkt ook uit een onderzoek van HR-dienstverlener Partena Professional in samenwerking met Stijn Baert. Bijna de helft (46%) van de Belgische werknemers zegt – zelfs met de nieuwe wetgeving – niet te zullen (durven) informeren naar de gemiddelde lonen in hun bedrijf.

Daarnaast zijn ook werkgevers nog niet overtuigd. Slechts 1 op de 5 Belgische werkgevers is op de hoogte van de richtlijn én weet wat die inhoudt. Iets meer dan een derde van de werkgevers heeft nog geen enkele voorbereiding getroffen om de richtlijn tegen 2026 te implementeren.

Zal de maatregel dan ook effectief bijdragen aan meer gelijke lonen? Want zelfs als werknemers het recht hebben om informatie op te vragen, blijft de vraag of ze dit ook daadwerkelijk zullen durven en doen. Misschien is er naast een wetswijziging vooral ook nood aan een mentaliteitsverandering.

Werkgelegenheid stagneert en werkloosheid neemt toe

De arbeidsmarkt zit vast. Met een werkgelegenheidsgraad van 72% blijft België achter op de 80%-doelstelling. En volgens recent onderzoek, belicht door Olivier Lefevre in de #ZigZagHR Actua Podcast van maart, lijkt daar voorlopig weinig verandering in te komen.

De enige factor die momenteel voor een lichte stijging zorgt, is de verhoging van de pensioenleeftijd. De groep tussen de 20-65 jaar blijft echter hangen. De groei zit dus in het verhogen van de pensioenleeftijd, de rest blijft stabiel. In Wallonië zien we zelfs (opnieuw) een achteruitgang.

Daarnaast stijgt de werkloosheid – en dat klinkt misschien als slecht nieuws, maar eigenlijk is het ook positief. De stijging komt er namelijk vooral door mensen die voorheen niet actief waren op de arbeidsmarkt – bijvoorbeeld mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt – die zich nu wél inschrijven als werkzoekenden. Het goede nieuws: de talentpool wordt dus groter door ouderen die langer aan het werk blijven en inactieven die weer geactiveerd worden.

Dat brengt natuurlijk ook extra uitdagingen met zich mee. Mensen die lange tijd niet werkten, hebben vaak extra begeleiding nodig om opnieuw aansluiting te vinden. Denk aan inclusie-bevorderende maatregelen zoals aangepaste jobmogelijkheden en opleidingstrajecten. Een algemeen beleid volstaat dus niet meer: er is maatwerk nodig.

Conclusie?

Van de discussie over loopbaancheques tot de strijd tegen de loonkloof en de stijging in werkloosheidscijfers: de arbeidsmarkt staat voor stevige uitdagingen. Eén ding is zeker: er is nog veel (maat)werk aan de winkel om iedereen op de juiste plek te krijgen.

Schrijf je in op de wekelijkse HR-nieuwsbrief

Ook interessant

LEES MEER