Wijzigingen in het recht op onderbrekingsuitkeringen in het kader van tijdskrediet, thematisch verlof of loopbaanonderbreking

Het koninklijk besluit van 26 januari 2023 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten inzake tijdskrediet, thematische verloven en loopbaanonderbreking (B.S. 31 januari 2023), maakt in de eerste plaats een einde aan de verhoogde onderbrekingsuitkeringen die werden toegekend aan werknemers in voltijds of halftijds krediet en aan werknemers van autonome overheidsbedrijven die een voltijdse of halftijdse onderbreking genoten en die minstens 5 jaar anciënniteit bij hun werkgever hadden. De verhoogde onderbrekingsuitkeringen die werden toegekend aan werknemers ouder dan 50 jaar die een halftijds, 1/5e of 1/10e loopbaanvermindering opnemen in het kader van een thematisch verlof, worden eveneens afgeschaft. Deze wijzigingen gelden voor aanvragen die vanaf 1 februari 2023 bij de werkgever worden ingediend.

Vervolgens zijn de toekenningsvoorwaarden voor onderbrekingsuitkeringen in het kader van tijdskrediet met motief zorg voor een kind nu strenger:

  • Een werknemer die met dit motief voltijds tijdskrediet opneemt, krijgt alleen een uitkering als zijn of haar kind niet ouder is dan 5 jaar, in plaats van 8 jaar zoals voorheen. De leeftijdsgrens blijft op 8 jaar in geval van 1/5e of halftijds tijdskrediet. Deze wijziging is van toepassing op aanvragen voor tijdskrediet die vanaf 1 februari 2023 bij de werkgever worden ingediend;
  • De uitkeringen die in het kader van een voltijds, 1/5e en halftijds tijdskrediet voor dit motief worden toegekend, zijn nu beperkt tot een maximumperiode van 48 maanden in plaats van 51 maanden voorheen.

Deze wijziging is van toepassing op aanvragen voor tijdskrediet die vanaf 1 februari 2023 bij de werkgever worden ingediend, alsook op tijdskrediet dat vóór 1 februari 2023 is begonnen, op voorwaarde dat de werknemer op 1 februari 2023 minder dan 30 maanden tijdskrediet heeft opgenomen om te zorgen voor zijn of haar kind tot de leeftijd van 8 jaar. Bijgevolg bepaalt het kbesluit dat deze werknemers het recht hebben de aan de werkgever aangevraagde periode van tijdskrediet in te korten met het aantal maanden waarvoor zij geen recht meer hebben op onderbrekingsuitkeringen. De werkgever kan deze vervroegde beëindiging niet weigeren.

  • Vanaf 1 juni 2023 moet de werknemer ten minste 36 maanden anciënniteit binnen de onderneming aantonen, in plaats van de huidige 24 maanden. Deze wijziging zal van toepassing zijn op aanvragen voor tijdskrediet die vanaf deze datum bij de werkgever worden ingediend.

Het koninklijk besluit voert ook een bijkomende tewerkstellingsvoorwaarde in voor de toekenning van onderbrekingsuitkeringen in het kader van voltijds en halftijds tijdskrediet

  • De werknemer die voltijds tijdskrediet neemt, moet gedurende de 12 maanden die de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever voorafgaan voltijds tewerkgesteld zijn geweest bij de werkgever of deeltijds tewerkgesteld zijn geweest gedurende de 24 maanden die de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever voorafgaan.
  • De werknemer die halftijds tijdskrediet neemt, moet gedurende de 12 maanden die de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever voorafgaan voltijds tewerkgesteld zijn geweest bij de werkgever.

Deze tewerkstellingsvoorwaarde is van toepassing op aanvragen voor tijdskrediet die vanaf 1 februari 2023 bij de werkgever worden ingediend.

+++

De regels inzake het recht op tijdskrediet, thematisch verlof en loopbaanonderbreking blijven ongewijzigd. Het recht om tijdens de voormelde periodes ook uitkeringen te genieten, is wél gewijzigd: u moet er dus rekening mee houden dat uw werknemers mogelijk een lager bedrag aan onderbrekingsuitkering ontvangen, minder lang gedekt zijn of zelfs geen recht meer hebben op onderbrekingsuitkeringen.

Schrijf je in op de wekelijkse HR-nieuwsbrief

Ook interessant

LEES MEER