Maandag 28 april is het Werelddag van Veiligheid en Gezondheid op het werk. Elk jaar gaat die dag de aandacht naar een veilige en gezonde werkomgeving. Partena Professional onderzocht de werkelijke prestaties van werknemers bij grote en kleine ondernemingen. Uit de gegevens van zo’n 150.000 werknemers bij 20.600 bedrijven blijkt dat werknemers in kleine bedrijven tot 77% van hun totale werktijd halen, bij megabedrijven valt dit terug tot 67,64%. Een verschil in presenteïsme van 12,6%. Vooral op vlak van ziektedagen zijn de verschillen enorm. In bedrijven tot 10 werknemers vermindert de werktijd met 7,70% door ziektedagen, in bedrijven met meer dan 1000 werknemers loopt dit op tot 15,09%. Factoren zoals vakantiedagen en wettelijke feestdagen, samen goed voor 10,47% ‘afwezigheid’, blijven voor iedereen zo goed als gelijk.
Werknemers van megabedrijven zijn vaker ziek
In bedrijven met meer dan 1000 werknemers is het presenteïsme 12,6% lager dan in bedrijven met 0-10 werknemers. Achter deze cijfers schuilt vooral afwezigheid door ziekte als voornaamste verklaring voor dit verschil. In bedrijven tot 10 werknemers vermindert de werktijd met 7,70% door ziektedagen, in bedrijven met meer dan 1000 werknemers loopt dit op tot 15,09%.
Rond andere factoren zoals vakantiedagen (7,14%), wettelijke feestdagen (3,33%), of moederschapsrust en vaderschapsverlof (0,66%) speelt de grootte van het bedrijf (logischerwijze) minder of zelfs geen rol.
Tim Weyts, Directeur Vlaanderen HR Partners (onderdeel van de Partena Professional Group):
“In kleinere bedrijven is de afwezigheid van een werknemer veel zichtbaarder. Een van de redenen voor het verschil met grote bedrijven kan liggen in een vorm van sociale druk: werknemers zijn terughoudend om afwezig te zijn om hun collega’s niet te benadelen. Omgekeerd zijn de gevolgen van afwezigheid in grotere organisaties diverser. Een grondige analyse van de onderliggende oorzaken, in combinatie met een gestructureerd en streng verzuimbeleid, kan leiden tot het uitvoeren van gerichte maatregelen om het verzuim beter onder controle te krijgen”.
Brussel als koploper
Met een gemiddelde van 72,69% toont de werknemer in Vlaanderen zich een harde werker. Toch zijn de regionale verschillen niet min. Limburg haalt net de grens van de 70% (70,53%) en ook Oost-Vlaanderen blijft met 72,41% net onder het Vlaamse gemiddelde. Werknemers actief in Vlaams-Brabant komen er met 74,3% dan weer als beste uit en laten werkenden in Antwerpen (73,41%) en West-Vlaanderen (72,79%) achter zich. Maar toch zijn het de werknemers in de hoofdstad die met 74,68% de rest van het land aftroeven op vlak van aanwezigheid. Over de taalgrens floreert Waals Brabant, ondanks een lichte daling ten opzichte van vorig jaar, met 73,79%. In Henegouwen (69,25%) en Luik (68,99%) is er een licht positieve evolutie maar beide provincies blijven onderaan de ladder.
Creatieve sectoren scoren het hoogst
Tot slot keek Partena Professional ook naar de sectoren waar de aanwezigheid het hoogst ligt. Uit die analyse komt de sector van de podiumkunsten en muziek (84,8%) als koploper uit de bus. Op de voet gevolgd door de film- (84,57%) en audiovisuele sector (81,69%). Tot slot sluit de vastgoedsector (en dienstboden) het rijtje van bedrijven waar het langst wordt doorgewerkt ondanks factoren als ziekte (80,54%).
Aan de andere kant van het spectrum valt de afwezigheid bij arbeiders binnen de ijzernijverheid op. Daar liggen de werkelijke prestaties van werknemers ver onder de helft (41,19%). Werknemers binnen de sector van de maatwerkbedrijven (56,96%) en de diensten voor gezins- en bejaardenhulp (55,16%) slagen met de hakken over de sloot.
“De context achter deze cijfers blijft belangrijk. Het zou bijvoorbeeld zinvol zijn om een onderscheid te maken tussen kortetermijn- en langetermijnverzuimpercentages. Kortdurend verzuim heeft een grotere onmiddellijke organisatorische en financiële impact, vooral omdat het onvoorspelbaar is. De huidige maatregelen die de regering voorstelt – zoals de onmiddellijke activering van het re-integratieplan en de overname van 30% van het gegarandeerde loon – kunnen een hefboom zijn voor werkgevers om het absenteïsme terug te dringen. Het blijft afwachten of deze maatregelen voldoende zullen zijn,” legt Tim Weyts uit.