Geen producten in je winkelwagen.
Wat hebben talenten uit de wereld van televisie, entertainment, sport én het bedrijfsleven met elkaar gemeen? Ze blinken uit omdat ze met veel overgave trainen, presenteren, presteren, zingen, dansen, acteren of leidinggeven. In dit interview gaan we op zoek naar de parallellen tussen wat een managementbureau doet voor bekend talent én wat HR of leidinggevenden doen voor talent op de werkvloer. We steken ons licht op bij Bram Vandenbroeck, co-founder van Poolster Talent Management.
Hij geeft tien tips om intensief talent te ontginnen, óók op een krappe talentenmarkt.
Of het nu om Elodie Ouédraogo, Koen Naert of Otto-Jan Ham gaat, of een loodgieter, bankdirecteur of key account manager, steeds komt erop aan om de ambitie van talent centraal te plaatsen en te streven naar een even boeiende als beklijvende loopbaan. Hoe je dat aanpakt? Dat is een vraag voor Bram Vandenbroeck. Opgegroeid in Haacht, in de schaduw van de weide van Rock Werchter, kreeg hij ook thuis entertainment met de paplepel mee.
Later leert de beloftevolle karateka Paul De Geyter kennen, met wie hij het managementbureau Poolster zou oprichten. Bij Humo zag Bram eerst nog de kracht van sterke merken en partnerships, bij communicatiebureau Bonka Circus ontdekte hij de kracht van sterke verhalen en mensen als merken.
“Goede verhalen vinden altijd een publiek”, weet hij.
Tip 1: Ga voor een mix van toppers en mensen met ontwikkelpotentieel
(en denk aan de klik)
Poolster is een managementbureau dat talent uit de wereld van televisie, entertainment en sport helpt om het maximum uit hun carrière te halen. In hun klantenportfolio vinden we grote namen terug zoals Tom Boonen, Eva De Roo, Jeroom Snelders, Saartje Vandendriessche, maar ook opkomend talent zoals triatleet Marten Van Riel, auteur Charlotte Van Looy en MNM-dj en presentatrice Laura Govaerts.
En die mix van talent met bewezen ervaring enerzijds en talent dat overloopt van ontwikkelpotentieel anderzijds, is een eerste concrete tip van Bram Vandenbroeck:
“En het allerbelangrijkste: niet de ervaring of de mate van bekendheid staat voorop, wel de klik die je met iemand hebt. Het begint immers allemaal bij het interpersoonlijke.”
Tip 2: Zorg dat talent nog beter wordt
(en bied meerwaarde)
Ook buiten het bedrijfsleven is talent aan zet, aldus Bram Vandenbroeck: “We werken met personalities, mensen die dankzij een bepaald talent een bepaalde bekendheid hebben gegenereerd. Als je als managementbureau meerwaarde wil bieden, moet je detecteren waar die personalities warm van worden en op zoek gaan naar extra touchpoints vanuit hun talent. Een voorbeeld? Bij Elodie Ouédraogo is dat mode, bij Jeroom Snelders zijn dat tv-programma’s en tentoonstellingen. Het is mijn opdracht om de bekendheid van ieder talent te verbreden of te verdiepen, op zoek te gaan naar andere formats waarin ze hun talent verder kunnen ontginnen. Dat is iets wat je samen doet. En dat lukt alleen als je een hechte vertrouwensband opbouwt.”
Authenticiteit en de ambitie van de persoonlijkheid staan daarin centraal:
“Ook in het bedrijfsleven moet je als leidinggevende voeling hebben met de sterktes en zwaktes van je individuele medewerkers. Je moet je kunnen en willen inleven in hun wereld, én op zoek gaan naar hoe je hun sterktes nog meer kan benutten en daar projecten rond creëren. Het talent heeft daarbij het laatste woord. Altijd.”
Tip 3: Talent trekt talent aan
(en oriënteer je push & pull)
“Drie jaar geleden hebben we Poolster opgericht”, blikt Bram Vandenbroeck terug. “Ik werkte toen al met Jeroom Snelders samen en mijn vennoot werkte al lang met Tom Boonen. Die straffe namen maakten het makkelijker om aan te kloppen bij ander talent. Bij de opstart van Poolster gingen we vooral zelf aankloppen bij talent, steevast mensen van wie we zelf warm worden, van wie we weten dat we toegevoegde waarde kunnen bieden, want dat is altijd het uitgangspunt.”
Ondertussen is die aanpak geëvolueerd: “We gaan nog steeds op zoek naar talent, maar we merken dat talent ons ook steeds meer zelf vindt. Push & pull dus. Hoe beter talent via ons presteert, hoe meer nieuw talent aan de deur komt kloppen. Dat zal in het bedrijfsleven niet anders zijn:
Leidinggevenden die hun medewerkers boven zichzelf laten uitstijgen, werken als een magneet voor andere medewerkers.”
Tip 4: Plaats kwaliteit boven kwantiteit
(en doorbreek silo’s)
“De verleiding is groot om steeds meer talent aan te trekken. Bij Poolster kiezen we er echter heel bewust voor om dat niet te doen, omdat we weten dat we nog niet het maximum gehaald hebben uit het talent dat we nu al ondersteunen”, vertelt Bram Vandenbroeck. “Koen Naert, bijvoorbeeld, is Europees kampioen marathonlopen 2018. Daarnaast was hij actief als verpleger in het brandwondencentrum van Neder-Over-Heembeek. Sinds 2016 is hij professioneel atleet. Hij heeft zorg in zijn DNA en studeert vandaag nog altijd verder. Naert is een sporter die zijn bekendheid al heeft als atleet en met wie we nu op zoek gaan naar mogelijkheden om die bekendheid in andere domeinen te verbreden. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat hij niet alleen in de sportkatern staat? Hij kan bijvoorbeeld perfect evolueren naar een gezondheidsambassadeur.
Te snel nieuw talent aantrekken kan ten koste gaan van talent dat je al in huis hebt. Kwaliteit gaat altijd boven kwantiteit.”
Tip 5: Speel vooral de sterktes uit
(en kijk op langere termijn)
“Het heeft geen zin om te proberen de zwaktes van iemand weg te werken. Je moet vooral op zoek naar wat iemand uniek maakt en waar hij/zij energie van krijgt”, vindt Bram Vandenbroeck.
“Geld is slechts een incentive om mensen acties te laten nemen op korte termijn. Op lange termijn werkt dat niet, dan verlies je je credibiliteit. Met mensen moet je altijd op maat werken en zoveel mogelijk de sterktes uitspelen. Op lange termijn win je allebei.
Vroeger was een manager iemand die aan de zijlijn stond en zorgde dat er geld binnenkwam. Ik geloof er meer in dat je alles wat die persoon energie kost, moet weghalen, zodat hij/zij kan focussen op zijn/haar specifieke talent.”
Tip 6: Het team staat voorop
(en achter elk talent staat een team)
“Poolster kan je vergelijken met een holding van twintig ondernemingen”, beschrijft Bram Vandenbroeck. “Elk talent dat we vertegenwoordigen, is eigenlijk een micro-onderneming met een team. Want elke atleet heeft een kinesist, een voedingsdeskundige, een technische coach, een inspanningscoach, sponsors, noem maar op. Het komt erop aan om al die mensen als één team te betrekken. Het team staat altijd voorop.”
Tip 7: Een bad hire bestaat niet
(en ga je verantwoordelijkheid niet uit de weg)
“Als je iemand aanwerft, heb je de verantwoordelijkheid om dat talent te helpen ontwikkelen. No matter what”, beklemtoont Bram Vandenbroeck. “Maar in het bedrijfsleven loopt het daar al eens fout: talent wordt verleid met grote beloftes, maar verwachtingen raken niet altijd ingelost. Medewerkers worden soms geheroriënteerd naar een andere rol, omdat de context dat vereist met als gevolg dat er niet meer op de sterktes ingezet kan worden en dat de motivatie daalt.”
“Ja, ook bij Poolster kan het gebeuren dat aan de vooropgestelde verwachtingen niet voldaan kan worden”, geeft hij toe. “Dat kan aan verschillende factoren liggen. Maar je zit in een continue wisselwerking. Voor mij bestaat een bad hire niet, enkel bad coaching.
Als je iemand ontslaat, wil dat zeggen dat je je job niet goed gedaan hebt. Je moet in de spiegel kijken en de vinger op de wonde durven te leggen.
En uiteraard is het niet gemakkelijk om mensen te helpen inzien dat hun verwachtingen niet realistisch zijn. Het is trouwens niet omdat je vandaag succesvol bent, dat je dat morgen ook nog bent.”
Tip 8: Durf investeren
(en laat talent zeker ook zelf investeren)
“Ik ben een klankbord en sparringpartner, maar op elke relatie kan sleet komen”, beseft Bram Vandenbroeck. “De ambities van iemand én de mogelijkheden die je kan bieden als bedrijf of als managementkantoor kunnen uit elkaar lopen na verloop van tijd. Als het niet meer klikt, moet je afscheid durven te nemen, maar wel altijd in goede verstandhouding.
Als er geen markt meer is voor een talent, en er is te weinig financiële return voor dat talent, wil dat echter niet noodzakelijk zeggen dat je al meteen afscheid moet nemen. Misschien is er wel return op een andere manier. Ik geloof in de lange termijn en ben bereid om te investeren, de voorwaarde is wel dat het talent ook zelf actief blijft investeren.”
Tip 9: Je leert meer uit een nederlaag dan uit een overwinning
(en kijk in de spiegel)
“Wie succes boekt en wint, is ervan overtuigd dat hij/zij goed bezig is, maar misschien heb je gewoon geluk gehad. Wie verliest, analyseert wat fout liep en gaat actief op zoek naar groei en verbetering. Daarom leer je meer uit een nederlaag dan uit een overwinning”, legt Bram Vandenbroeck uit. “Ik heb geleerd dat we niets in de schoot geworpen krijgen en dat duurzame resultaten altijd het gevolg zijn van positief denken, hard blijven werken en het beste uit jezelf willen halen, of je nu een schoolverlater bent of al 20 jaar aan de top staat.
De boodschap blijft dezelfde: niet achterover leunen. Altijd naar buiten kijken én vooral ook in de spiegel kijken. Vooruitkijken en onrustig blijven. Je bent nooit te oud om te leren en je kan altijd progressie maken. En nee, vroeger was niet alles beter…”
Tip 10: Ieder talent heeft groeipotentieel
(en schrijf niemand te vroeg af)
“Ja, talenten hebben een ego, maar ze zijn tegelijkertijd vaak heel onzeker”, wikt en weegt Bram Vandenbroeck. “Dat betekent dat je continu naar dat evenwicht moet zoeken. Met welke kleine inspanningen kan je onzekere mensen hun zelfvertrouwen doen groeien en wanneer moet je het ego juist afremmen? Dit past binnen onze visie dat ieder talent wel degelijk groeipotentieel heeft. En ja, dat geldt evengoed voor talent dat al heel wat jaren op de teller heeft…”
Schrijf je in op de wekelijkse HR-nieuwsbrief
