De professoren Filip De Fruyt en Bart Wille (Organisatiepsychologie, UGent) wijzen erop dat hedendaags talent management oog moet hebben voor iederéén in de organisatie. Die ruime blik, beter gekend als no-employee-left-behind talent management, contrasteert met de vroegere focus, die doorgaans beperkt bleef tot een selecte groep, zeg maar de high potentials. Is HR klaar voor deze benadering? Waarom is die verbreding zo belangrijk? En hoe kan HR dat waarmaken?
In de huidige turbulente VUCA-wereld is elk talent noodzakelijk. En omdat vaardigheden van iedereen constant onder druk staan, kan ook niemand meer achtergelaten worden. Kortom, investeringen in employability of inzetbaarheid dienen gericht te zijn op alle medewerkers. We komen nu immers terecht in een wereld van permanente upskilling en ook een volledige reskilling naar een heel andere jobomgeving is geen uitzondering meer.
Een talent management dat zich richt op iedereen brengt extra uitdagingen mee voor HR: hoe identificeer je talent en houd je het ontwikkelingsproces bij van al die medewerkers? Het antwoord ligt in no-employee-left-behind talent management en dat begint al bij de erkenning dat we momenteel doorgaans geen nauwkeurig beeld hebben van het potentieel en het engagement van de meeste medewerkers. We weten weliswaar welke diploma’s en ervaring ze hebben, maar dat is een blik naar achter, naar het verleden. Is dat nog relevant voor vandaag én morgen? En wil de medewerker dat zelf wel gewoon voortzetten?
De vaststelling van talent verloopt juist niet zoals de algoritmes van Spotify, Netflix en co werken. Zij geven suggesties op basis van je voorkeur uit het verleden. Maar zo vernauwen ze je blik, houden ze je gevangen in een bepaald domein, ze geven je telkens weer suggesties van je huidige smaak. No-employee-left-behind talent management, daarentegen, opent het vizier, verruimt de mogelijkheden, laat proeven van een nieuw smaakpalet, legt nieuwe horizonten bloot.
De vraag is dan ook hoe we het onontgonnen talent en de onbenutte vaardigheden in beeld brengen én aanspreken? Dit wordt de kritieke taak voor HR: spreek het volle potentieel van medewerkers aan.
Hoe kan HR dat? Deze drie stappen kunnen helpen:
- Selectie-assessment wordt ontwikkelingsassessment
In plaats van te zoeken naar welbepaalde vaardigheden om een specifieke vacature in te vullen, dienen algemene en overdraagbare vaardigheden onderzocht te worden. Bovendien is het aangewezen om de bredere interesses van de sollicitanten te leren kennen, zodat we hun extra potentieel in kaart kunnen brengen. Zo heb je al een eerste idee in welke richting de kandidaat verder kan evolueren. Je kijkt dus al voorbij de vacature, beyond the job. Dit opent ook de deur naar individuele ontwikkelingsprogramma’s.
- Leren en talent development
Zodra de interesses en vaardigheden (en kloof) geconstateerd worden op een bepaald moment in de carrière, dienen medewerkers gestimuleerd te worden om hun kennis en vaardigheden uit te breiden via gepersonaliseerde ontwikkelingstrajecten. Spreek hen aan voor zowel persoonlijke als professionele ontwikkeling. Medewerkers nemen wel zelf de verantwoordelijkheid en het stuur in handen van hun ontwikkeling. Organisaties reiken hen daartoe de nodige kansen aan inzake opleiding, training en ontwikkeling. De werkgever investeert, faciliteert en stimuleert. Om dergelijke ambitieuze leerdoelstellingen te halen, zullen organisaties best samenwerken, zowel binnen hun sector als erbuiten.
- Evalueer niet alleen het werk, maar ook de ontwikkeling
De meer traditionele vormen van prestatie-evaluatie (kijken naar de taak, contextuele en/of adaptieve prestaties) dienen aangevuld te worden óf uiteindelijk zelfs vervangen te worden door een expliciete evaluatie van de leerprestaties van elke werknemer. Een erkenning van de leerinspanningen kan opgezet worden door het afleveren van competentie-attesten of andere vormen van accreditatie. Het gaat om middelen die ingezet kunnen worden binnen én buiten de organisatie om snel te kunnen ingaan op nieuwe uitdagingen.