21 maart is de Internationale dag tegen discriminatie en racisme. Federgon, het Netwerk voor Werk, grijpt deze dag aan om voorstellen te lanceren die de duurzame integratie van personen met een migratieachtergrond op onze arbeidsmarkt bevorderen. Uitzendwerk is immers een belangrijk instroomkanaal voor niet-Belgen op onze arbeidsmarkt. Via uitzendovereenkomsten voor onbepaalde duur kunnen personen met een migratieachtergrond verder duurzaam integreren in onze economie. Daarnaast moet strenger opgetreden worden tegen buitenlandse malafide bedrijven en de procedure om een single permit aan te vragen sneller en eenvoudiger kunnen verlopen.
21 maart is de Internationale dag tegen discriminatie en racisme. Federgon, het Netwerk voor Werk, zet zich al langer in voor de duurzame integratie van kansengroepen op onze arbeidsmarkt. Nog te vaak zorgen onterechte vooroordelen voor drempels op de weg naar werk. Het flexibel en laagdrempelig werk waar uitzendarbeid bekend om staat, is voor veel personen met een migratieachtergrond een belangrijk instroomkanaal. Ook wie met een ontslag geconfronteerd wordt, wordt door uitzendkantoren begeleid naar andere sectoren en nieuwe kansen. Dit maakt van uitzendarbeid een sterk transitie-instrument dat de transitie naar andere sectoren versterkt.
De sector van de uitzendarbeid telt al langer dan vandaag als één van de meest representatieve sectoren binnen de Belgische arbeidsmarkt. 28,62% van de uitzendarbeiders heeft een andere nationaliteit van de Belgische – ter vergelijking: volgens StatBel heeft 34,4% van alle inwoners van België een buitenlandse afkomst. Toch blijft het voor personen met een niet-EU nationaliteit moeilijk om aan duurzaam werk te geraken. Zo is 44,2% van deze groep niet actief in ons land. De uitzendsector wil net voor hen een enorm belangrijk instroomkanaal zijn op onze arbeidsmarkt. Tegelijkertijd neemt het statuut van het tijdelijke contract een enorme drempel weg als het aankomt op potentiële vooroordelen of koudwatervrees bij werkgevers. Dat laatste werd recent nog bevestigd in een onderzoek van vijf Belgische universiteiten. Ook belangrijk: wie als uitzendkracht werkt, krijgt naast gevarieerde werkervaring ook een volwaardig sociaal statuut dat een gelijk loon ten aanzien van vaste werknemers garandeert.
Ook andere studies tonen aan dat uitzendwerk is uitgegroeid tot een belangrijk arbeidsmarktinstrument om een vaste betrekking te vinden. 45% van de uitzendkrachten stroomt via het statuut door naar een voltijdse betrekking, 5% naar een deeltijdse job, en 2% naar een job als zelfstandige.In veel sectoren (handel, industrie, chemie) is uitzendarbeid zelfs één van de voornaamste aanwervingskanalen. De uitzendsector zet ook sterk in op de strijd tegen discriminatie met acties zoals praktijktesten (mystery calls) op sectorniveau.
Uitzendkantoren werken daarnaast ook op sensibilisering rond vooroordelen, lanceren innovatieve projecten zoals anoniem solliciteren en gaan intensieve samenwerkingen aan met non-profitorganisaties, lokale besturen OCMW’s en ook Fedasil.
Federgon wil dan ook verdere stappen zetten in de integratie van personen met migratieachtergrond op onze arbeidsmarkt en lanceert hiervoor volgende voorstellen.
1) Maak uitzendarbeid via een overeenkomst van onbepaalde duur mogelijk.
Zo kunnen werknemers gebruik maken van de flexibiliteit die uitzendarbeid biedt, maar kunnen ze dit combineren met de werkzekerheid van een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur. Binnen dit statuut kunnen uitzendkrachten verschillende werkervaringen opdoen met de zekerheid van een vaste tewerkstelling, bouwen ze anciënniteit op, krijgen ze toegang tot extra opleidingsmogelijkheden én hebben ze financiële stabiliteit, wat hen bijvoorbeeld toelaat om leningen aan te gaan. Ook tussen twee opdrachten, wordt er immers loon gegarandeerd aan de uitzendkrachten.
Het wettelijk kader werd al voorzien in de de Wet Werkbaar Werk, maar dient nog steeds uitgevoerd te worden.
2) In de strijd tegen sociale fraude moeten de sociale inspectiediensten focussen op buitenlandse malafide bedrijven die de regels niet respecteren en opereren zonder uitzenderkenning.
Bovendien moet de procedure om een single permit aan te vragen vereenvoudigd en versneld worden. Vandaag nemen bonafide bedrijven vaak hun toevlucht tot risicovolle constructies om buitenlandse werknemers aan te trekken. Het aanvragen van een ‘single permit’ om zo de werknemers zelf in dienst te nemen, neemt al snel enkele maanden in beslag, wat bedrijven niet toelaat om wendbaar te zijn. Deze moeilijke toegang tot de ‘single permit’ leidt ertoe dat bedrijven noodgedwongen beroep moeten doen op het systeem van detachering of moeten samenwerken met buitenlandse bedrijven, die vaak geen erkenning hebben als uitzendkantoor.
Een groot deel van onze arbeidsmigratie situeert zich op die manier in een risicovolle grijze zone, met buitenlandse bedrijven die niet altijd dezelfde lonen en arbeidsvoorwaarden handhaven. Een tewerkstelling van buitenlandse werknemers via uitzendarbeid garandeert een goede sociale bescherming en een eerlijke verloning. Zo zijn arbeidsmigranten beter beschermd en kunnen zij duurzaam integreren in ons economisch weefsel. Bovendien loopt de Belgische overheid vandaag RSZ-inkomsten en personenbelasting mis ten belope van zo’n 4 miljard euro.