Binnenkort negatieve loonindexatie in bepaalde sectoren?

Over het algemeen stijgen de lonen van de werknemers als het leven duurder wordt. Dit gebeurt via het indexeringsmechanisme. Als het leven daarentegen minder duur wordt, is het ook mogelijk dat de lonen een negatieve indexering ondergaan. Dit is (binnenkort) het geval voor bepaalde sectoren, zoals in de bankensector en de bouw.

Hoewel we het afgelopen jaar voortdurend met een stijgende inflatie te maken hadden, begint deze te vertragen. Deze dalende inflatie laat dan ook zijn sporen na op de indexering van de lonen. Er kan concreet binnenkort sprake zijn van een negatieve indexering. Dit scenario deed zich al voor in 2009 en 2014.

In tegenstelling tot de overheidssector en de sociale uitkeringen, bestaat er voor de privésector geen algemene of nationale regelgeving die een automatische loonindexering oplegt. Daarom worden collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten binnen de verschillende paritaire comités. Deze cao’s bepalen het type indexering (op basis van de spilindex of op een vaste datum) en het type lonen dat geïndexeerd zal worden.

Wie krijgt een negatieve loonindexering?

In de bankensector (PC 310) was er in mei 2023 een negatieve indexering én werd die ook toegepast. Andere sectoren waar sprake is van negatieve indexering hebben een regeling getroffen. Voor de maand juli wordt een negatieve indexering verwacht maar niet toegepast in de houtnijverheid (PSC 125.01, 125.02 et 125.03). Ook in PC 124 (het bouwbedrijf) is er een negatieve loonindexering in juli, maar daar wordt die gecompenseerd met de volgende positieve indexering (op 1 oktober 2023).

Voorlopig is nog geen sprake van echte deflatie, en blijft het aantal sectoren die mogelijk een negatieve indexering zullen kennen, beperkt.

Wat kunnen werkgevers doen bij een negatieve indexering?

Net zoals bij een positieve indexering, is het in eerste instantie aan de sectoren om te beslissen of er al dan niet een negatieve indexering wordt toegepast. In de meeste paritaire comités worden er op sectorniveau 3 mogelijke afspraken gemaakt over de gevolgen van een negatieve indexatie:

  • niet-toepassing van de negatieve indexatie zonder meer (bijvoorbeeld PSC 106.02);
  • niet-toepassing van de negatieve indexatie, maar verrekening ervan met de volgende positieve indexatie (bijvoorbeeld PC 124);
  • effectieve toepassing van de negatieve indexatie (bijvoorbeeld PC 310).

Wat als de sector niets heeft beslist of als de werkgever de negatieve indexering niet wil toepassen?

Als de sector niets uitdrukkelijk voorziet, is het nog mogelijk dat de sociale partners een bindend akkoord sluiten op het moment van de negatieve indexering. PSC 102.09 deed dat bijvoorbeeld in het kader van het akkoord 2023-2024.

Wanneer het paritair comité niets beslist heeft, kan de werkgever zelf beslissen. Hij kan de negatieve indexatie toepassen en bijgevolg het loon van zijn werknemers verminderen. De werkgever kan ook beslissen om de negatieve indexatie niet toe te passen.

In dat laatste geval moet hij wel weten dat hij die niet-toepassing van de negatieve indexatie niet zal kunnen compenseren met een volgende positieve indexatie, want dat is in strijd met de loonbeschermingswet.

Lees verder

Schrijf je in op de wekelijkse HR-nieuwsbrief

Ook interessant

LEES MEER